Rabo-clubsupport leverde dit jaar 765,88 euro op. Allen die op ons stemden hartelijk dank! Iedere eerste maandag- en woensdagochtend van de maand van 10 tot 12 uur kunt u ons bezoeken in het heemhuis |
Oude Liesselseweg 62-66-68
Oude Liesselseweg 62-66-68 zijn drie adressen in Deurne. Het betreft hier het oorspronkelijke molenhuis van Rakels molen.
Gemeenschappelijke geschiedenis
De Meijelse molenaar Peter Rakels (1831-1896) liet rond 1874 een nieuw woonhuis aan de huidige Oude Liesselseweg bouwen, op het bouwland dat tot dan toe bekend was als E 1426. Na de bouw werd het erf bekend als E 1429, het achterliggende bouwland als E 1428. Het was een langgerekt huis, waarvan de huidige gevels van Oude Liesselseweg 68 nog iets laten zien. Rond 1908 vond de boedelscheiding van de bezittingen van Rakels plaats.[1]
De nieuwe eigenaar van het huis werd zoon Jan Nikolaas Rakels (1868-1937), die het huis rond 1925 liet verbouwen. Het werd daarbij in twee woningen gesplitst. Nog in datzelfde jaar werd het huis verkocht aan hemzelf en zijn consorten. De plattegrond van het huis was toen nog nauwelijks veranderd, alleen een uitbouw achter het rechter deel was wellicht verdwenen. Rond 1926 verkochten Rakels en consorten het pand opnieuw, nu in twee delen. Daardoor werd het pand gesplitst, in het huidige beeld nog goed te herkennen.[2]
De rechter woning: daarna gesplitst en weer samengevoegd (nu: 62)
De rechter helft van het gehele pand werd bij de splitsing verkocht aan de timmerman Adrianus Petrus van Dinter (1884-1935). Na de splitsing werd het kadastraal bekend als E 2198.
Rond 1952 werd die helft nog eens gesplitst, waarna de erfgenamen Van Dinter alleen het linkerdeel van de rechter woning behielden (de linker helft van het huidige nummer 62). Kadastraal werd dat pand na een hermeting rond 1958 bekend als N 191. Die erfgenamen verkochten de woning rond 1967. Die woning had toen het huisadres Liesselseweg 64 gekregen.[3] Koper was Theodorus Lambertus Steevens (1904), woonachtig op het Centraal Woonwagenkamp, die het huis in hetzelfde jaar alweer verkocht.[4] De nieuwe eigenaar werd de bos- en gemeentearbeider Hendricus Aarts (1903-1969), die rond 1969 wat grond aan buurman Van Schijndel verkocht. Kadastraal werd zijn perceel daardoor bekend als N 867. Door nog enkele verkopen aan de buurman en de gemeente veranderde de aanduiding achtereenvolgens naar N 1099 en N 1231. Rond 1978 deed hij de woning van de hand.[5] Koper was buurman Van Schijndel, met het recht voor de weduwe Aarts-Kuijpers om het pand te blijven gebruiken. Die situatie duurde tot na 1989.[6] Vermoedelijk liet Van Schijndel beide woningen weer samenvoegen, waardoor het huisnummer 64 verviel. Van Schijndel zal als gevolg daarvan ook de voorgevel van zijn pand hebben laten aanpassen. Dat gebeurde vóór 2010.
De woning die de erfgenamen Van Dinter als eerste verkochten, de rechter helft van het huidige nummer 62, werd rond 1952 gekocht door textielarbeider Johannes de Louw (1916-1990). Na de kadastrale hermeting rond 1958 werd dat perceel bekend als N 190. Rond 1961 verkocht De Louw het huis, waarna hij op Zeelandstraat 11 een nieuw huis liet bouwen.[7] Het huis, dat inmiddels het huisadres Liesselseweg 62 had gekregen, werd gekocht door textielarbeider Wilhelmus Antonius Manders (1936). Die verkocht het huis rond 1966 alweer.[8] Koper was M.A. van Schijndel, die er rond 1967 een bergplaats en garage bij liet bouwen. Door verkoop van grond aan de gemeente veranderde de kadastrale aanduiding naar N 1098, en later nog een keer naar N 1286. Hij behield het huis tot na 1989.[9] Inmiddels had het pand het huisadres Oude Liesselseweg 62 gekregen.
De linker woning: daarna gesplitst (nu: 68 en 66)
De linker woning werd rond 1926 door Jan Nicolaas Rakels terug gekocht. Kadastraal werd dat pand toen bekend als E 2199. Rond 1949 deed Rakels het pand alsnog van de hand.[10] Koper was de veenarbeider Piet Fransen, die het huis rond 1952 liet veilen.[11] Koper was Arnoldus Willems (1903-1952), die kort erna stierf. Zijn weduwe liet de woning rond 1956 in twee helften splitsen, die de adressen Liesselseweg 68 en 66 kregen. Rond 1958 verkocht zij beide woningen.[12] Koper was Hendricus van den Acker (1904-1976), die het perceel rond 1958 liet hermeten. Kadastraal werd het toen bekend als N 192. Rond 1960 werd er bijgebouwd, namelijk het huidige pand Oude Liesselseweg 68a. Door de verkoop van dat bijgebouwde pand werden de overige twee kadastraal bekend als N 421.
Rond 1971 deed hij het perceel in drie delen van de hand. Hij behield zelf de woning Liesselseweg 66 (kadastraal N 962, later N 1100), die nu de middelste woning in de rij van drie vormt. Hij verkocht die woning vervolgens rond 1974.[13]
Koper van Liesselseweg 68, de linker woning, was M.G. Honings, zoon van buurtgenoot Marinus Wilhelmus Honings (1911-2005). Kadastraal werd dit perceel daarna bekend als N 963, en door wat verkopen achtereenvolgens als N 1101 en N 1342. Hij behield het pand tot na 1989.[14] Het is het enige deel van het rijtje dat nog zijn oorspronkelijke gevel heeft.
Koper van Liesselseweg 66 was rond 1974 J. Vriens, die het pand tot na 1989 behield. Kadastraal was het toen bekend geworden als N 1288.[15] Het pand kreeg daarna het huisadres Oude Liesselseweg 66. Vriens liet voor het pand een nieuwe gevel metselen om een spouwmuur te maken. Daardoor ging het historische gevelbeeld verloren.
Bronnen, noten en/of referenties
|