Martinus Heijkoop (1739-1802)

Martinus Heijcoop (1739) was schoolmeester en substituut-secretaris te Vlierden, die vooral bekend werd als hoofdverdachte in een omvangrijke fraudezaak in de veehandel.

Hij was het zesde kind uit een gezin van negen kinderen van de Vlierdense schoolmeester Antonie Heijcoop en diens vrouw Susanna van Hulst. Hij werd in Vlierden geboren en gedoopt in de Nederlandse Hervormde Kerk op 6 augustus 1739.

Zijn vader liet hem opleiden tot schoolmeester. Hij stond nog als ondermeester voor de klas.

Op 9 april 1761 werd hij benoemd tot procureur te Helmond. Na de dood van zijn vader in 1767 volgde hij deze per 1 juli 1767 op in zijn functie als substituut-secretaris van de in Veghel wonende Petrus de Jong. Zijn functies als subsitituut-secretaris van Vlierden leverde daarnaast ook een substantieel deel van zijn levensonderhoud. Naar zijn eigen zin blijkbaar niet voldoende want hij werkte zich door de afgifte van vervalste gezondheisverklaringen voor de veehandel diep in de problemen. Na zijn vlucht naar Pruisen werd hij in Gogh gearresteerd. Na zijn berechting in Den Haag belandde hij in de gevangenis in Breda nadat hij op de Markt van 's-Hertogenbosch op 11 juni 1772 staande onder de galg ten overstaan van het toegestroomde volk was gebrandmerkt en zestig zweepslagen had gekregen. In het tuchthuis van Breda moest hij vervolgens een straf van dertig jaar uitzitten. Of hij ontsnapt is of gratie gekregen heeft is niet bekend, maar in 1777 was hij weer vrij man en woonde hij in het land van Ravestein. In dat jaar klaagde hij Hendrik de Veth uit Deurne aan want aan hem had hij in december 1770, dus kort voordat de fraudezaak aan het licht kwam, twee koeien verkocht en deze waren nog steeds niet betaald.

Zijn bezittingen in Vlierden werden in 1772 voor 1300 gulden in Vlierden aan de Kaak publiek verkocht aan Marten van Bree.

In 1760-1761 was hij borgemeester van Vlierden.

Blijkbaar hield Martinus Heijcoop zich ook bezig met het huisschilders- en glaszettersvak, want in 1768 nam hij voor 37 gulden het vernieuwen en verven van een aantal ramen in de Deurnese pastorie aan.

Hij huwde met een dochter van de Aarlese president-schepen Hendrik van Ommeren. Het is niet bekend of hij kinderen had. Ook is niet duidelijk waar en wanneer hij gestorven is.