Rabo-clubsupport leverde dit jaar 765,88 euro op. Allen die op ons stemden hartelijk dank! Iedere eerste maandag- en woensdagochtend van de maand van 10 tot 12 uur kunt u ons bezoeken in het heemhuis |
Cornelis Rijken (1871-1947)
| Cornelis Rijken | ||
| Persoonsinformatie | ||
| Volledige naam | Cornelis Rijken | |
| Roepnaam | Keeske, | |
| Geboorteplaats | Hoogeloon | |
| Geboortedatum | 14 juli 1871 | |
| Overl.plaats | Deurne | |
| Overl.datum | 5 maart 1947 | |
| Partner(s) | [[PersoonPartner(s)::Clasina van Kampen]] | |
| Beroep(en) | spoorwegbeambte, tuinman | |
Cornelis (Keeske) Rijken (1871-1947) was eerst spoorwegbeambte en werd later tuinman.
Cornelis was het derde kind uit het gezin van Adriaan Rijken (1834-1915) en Helena Beenen (1836-1892). Hij huwde op 28 september 1896 te Deurne met Clasina van Kampen (Deurne 22 januari 1875 - Deurne 15 juni 1949), dochter van Sebregt van Kampen (1837-1910) en Hendrikje Huizingh (1845-1905). Uit dit huwelijk werden de volgende kinderen geboren:
- Sebregt Adriaan (Sip), (Boxmeer 10 november 1897 - Deurne 23 september 1969), huwde Adriana Huizing (1903-1978).
- Leonard Hendrik (Lenard), Waalwijk (in de naast het station gelegen wachtpost van de NS) 12 februari 1900 - Deurne 9 september 1944 (in het noodziekenhuis van Deurne), hij bleef ongehuwd.
- Pieter (Peter), (Sint Michielsgestel 15 november 1906), huwde op 12 mei 1928 met Aaltje Tabor, Helenaveen 19 februari 1909, dochter van Antonie (Antoon) Tabor en Annichje Derks. Pieter en zijn gezin emigreerden 5 januari 1951 naar Nieuw Zeeland.
In 1892, na zijn militaire diensttijd, ging Keeske in de Peel werken waar hij met turf steken en kanalen graven zijn geld verdiende. Vanwege zijn tengere bouw bleek dit werk voor hem te zwaar te zijn. Slechts veertien dagen hield hij het vol en op de late avond van 15 juli 1892 meldde hij zich op de 5 km van Deurne gelegen boerderij, bewoond door Gerrit Nelemans (1846-1895), de vader van zijn schoonzuster Petronella Nelemans verwees hem naar Janus Huizing, boer in de nabij gelegen Kulert. Huizing lag reeds in bed, kleedde zich snel aan en kwam weldra met Keeske overeen, dat deze bij hem inwonende knecht zou worden. Hij zou dan iedere halve week bij buurman Sebregt van Kampen gaan werken, wiens dochter Clasina later zijn vrouw zou worden.
Aanvankelijk ging het boerenwerk hem niet zo goed af, want hij was niet gewend met paarden om te gaan. Na zijn huwelijk met Clasina van Kampen werd hij in Boxmeer ploegwerker bij de Nederlandse Spoorwegen. Later volgde overplaatsing naar Waalwijk, waar hij 5 december 1902 ontslag kreeg.
Zijn volgende betrekking was tuinman bij huize "De Groote Ruwenberg" in St. Michielsgestel bij de familie Berail, azijnstokers en kwekers van zijderupsen in Frankrijk. Hij was daar tevens koetsier op hun met twee paarden bespannen rijtuig, en bij officiële plechtigheden was hij verplicht een hoge hoed te dragen.
Na het overlijden van Corneille Hippolythe Berail, op 6 februari 1891, werd Keeske tuinman bij baron Theodore de Smeth (1855-1924) op het Groot Kasteel in Deurne. Korte tijd later werd hij weer boereknecht en kocht hij een 7 ha groot terrein. Dit ontveende hij zodat het als landbouwgrond bruikbaar werd. Verkoop van turf aan huis, betekende voor hem extra verdienste.
In 1913 vertrok het gezin van Keeske van de watermolen aan het Haageind naar een aangekocht boerderijtje op 't Riet.
Keeske Rijken overleed op 5 maart 1947 in de boerderij op 't Riet. Daar overleed ook zijn echtgenote Clasina op 15 april 1949. Hij ligt begraven op de protestantse begraafplaats aan de Helmondseweg.
