U steunt de heemkundekring door lid of vriend te worden.
Iedere eerste maandag- en woensdagochtend van de maand van 10 tot 12 uur kunt u ons bezoeken in het heemhuis.

Trieneke van den Broek

Uit DeurneWiki, de historische encyclopedie voor groot-Deurne.
Versie door Theo V (overleg | bijdragen) op 23 dec 2013 om 14:59
(wijz) ← Oudere versie | Huidige versie (wijz) | Nieuwere versie → (wijz)
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
Trieneke van den Broek
Bestand:Trieneke vd Broek.jpg
Persoonsinformatie
Volledige naam [[PersoonVolledigeNaam::Catharina Maria van der Putten]]
Roepnaam Trieneke
Geboorteplaats Deurne
Geboortedatum 14-06-1913
Overl.plaats Deurne
Overl.datum 15 november 1999
Partner(s) [[PersoonPartner(s)::Marinus Maria van den Broek]]

Trieneke van den Broek 1913 - 1999

Iedereen in Deurne kende Trieneke met een hoofddoek om, goed vastgeknoopt, en grote rubberen laarzen aan. Ze liep niet, ze “schraaide” op z’n Deurnes gezegd. Onderweg raapte ze alles op wat er op en naast de stoep lag: stukjes hout, bierdopjes, elastiek-jes, losse centen, enz. Soms trok ze een handkar naar huis waarin ze oude kranten of afvalhout vervoerde. Ons moeder bewaarde álles, zo herinnert haar zoon zich. Toen het oude Hotel Goossens bij het station van Deurne tegen de grond ging, haalde Trieneke het sloophout op, met soms balken van wel 5 meter lang. Ze nam zelf plaats tussen de burries van haar kar, gooide een touw om d’r schouders en trok de kar als een paard zelf naar de Liesselse over-weg, waar ze woonde met haar man Marinus Maria van den Broek. Toen Trieneke stierf hebben haar kinderen dozen vol papier gevonden. Rekeningen, reclamefolders, vergeelde schriftjes, kladblokken, het was de boekhouding van Trieneke. Ze gebruikte hiervoor álles. De achterkanten van bonnetjes, de achterkant van een folder van dans-instituut Hellendoorn, het pakpapier van bakkerij van den Mortel aan de Liesselscheweg, telefoon 169. Ook papier van de gezusters Reijnders enz. Ze schreef alles vol op het papier, ze liet geen stukje van het papier ongebruikt. Ze stoorde zich niet aan kantlijnen of spellingsregels. Als van bloedworst de eerste twee letters nog wél op de regel konden, dan ging ze op de tweede regel verder met ……..oedworst. Trieneke schreef over het dorsen van een “koren-meid” als ze een korenmijt bedoelde. Trieneke ontwikkelde een eigen afkortingsysteem. Ze schreef dan bijvoorbeeld: “Ad v half 10 t 5 m v half 11 h gew 4 tasse koffie m k r en 4 l s en 10 peper-munte’’. Dit betekende dat Ad van half 10 tot 5 minuten voor half 11 bij haar geweest was en dat ie vier koppen koffie had gedronken met koffieroom en vier lepels suiker in de koffie had gedaan en bovendien nog tien pepermunten had gesnoept. “1 sch v 1987 v Ton Hartjes kapot” betekende dat één scheut van de geraniums die ze in 1987 van Ton Hartjens had gekregen, het begeven had. In het laatste jaar van haar leven (1999) had ze d’r hele huis vol staan met geraniums en ze gebruikte vellen vol van het laatste kladblok om te noteren van wie welke scheuten het loodje hadden gelegd. “op vrijdag 16 april 1999 bierdopje gevonde en 1 haarspeldje, en 6 sch v d donkere rosse gr v 1993 kapot v Steegs, en 4 sch v d roode gr v Toon Nooie kapot v 1998 en 3 sch v die hangplant v die menschen die ik boone heb geg.”

Bestand:Trieneke 1.jpg
Zo sjouwde Trieneke met al haar vergaarde spullen die ze gevonden had,
Bestand:Trieneke 2.jpg
in een volgeladen kar naar huis.
Foto's: collectie Fr. Verheijen

Het oudste briefje stamt uit 1947, ze noteert de prijs van een vrou-wenborstrok fl. 3,- , die van 2 vrouwenonderbroeken fl. 3,95 per stuk en 19 cent voor een klosje wit machinegaren. Trieneke woonde toen nog bij haar moeder en haar broer Tinus in de Zeil-berg. Op 5 december 1950 kocht ze van een rondtrekkende koop-man het volgende: “op dinsdag 5 december 1950 gekocht van dat zwetsmenneke 1 pakje naainaalde 35 c een stukje wit lint 25 c en een stukje blauw lint ook 25 c. In de zomer van 1951 trouwt Trieneke met bakkersknecht Marinus van den Broek. Ze noteert nog steeds alles wat er gebeurt en ze schrijft : bij Antoon Beijers een ledikant en matras en 2 bedde en 2 kopstukke voor fl. 15,- en een pispot en een watergieter en een kippebakje en een kolebak en 1 kip kapot gegaan. Wie weet waarom Trieneke het allemaal deed. Misschien had ze het vroeger op school geleerd, misschien was het een drang, dat ze dit moest doen, misschien wilde ze dat er geen papier verspild werd. Soms schreef ze hele vellen vol, alleen over het weer: “Op zond 24 oct. Droog weer. Op maand 25 oct droog weer. Op dinsd 26 oct. Droog weer, woensd 27 oct droog weer mistig, Op donderd 28 oct mistig motregen v half 8 tot half 1 toen droog tot ’s avonds. Ze noteert hoe laat ze het licht uit en aan doet. Aan het eind van haar leven was er elke dag wel een begrafenis waar ze naar toe ging. Ze ging dan al vroeg naar de kerk om er de stoelen recht te zetten, gaf 10 cent in de schaal en nam altijd twee bidprentjes mee naar huis, want die verzamelde ze. “En 2 knoope gevonde in de kerk en 1 sigd” met sigd bedoelde ze een wegge-gooid sigarettenpakje. In de laatste maanden voor haar dood no-teerde ze alle namen van mensen die bij haar op bezoek kwamen met daarbij wat ze voor haar hadden meegebracht: “Mientje van Dijk h gew en 1 p koekjes v gekr en….. er in, ( ze moest het aantal koekjes nog tellen). In de jaren tachtig moesten Trieneke en Mari-nus gaan verhuizen vanwege nieuwbouw. Trieneke had bezoek gehad van “een mens met ’n tas onder z’n arm”. “Maar ouwe bo-men kunde toch nie zomaar verplaatsen?” Jazeker Trieneke!! En de boosheid van Trieneke richt zich tegen haar man Marinus. Trieneke verhuist alles zelf, haar handkar wordt haar vervoer-middel en die wordt keer op keer volgetast met spullen, totdat het huisje leeg is en Trieneke met Marinus in hun nieuwe onderkomen zijn neergestreken. Trieneke is één van die bijzondere figuren die Deurne in het verleden heeft gekend.


Lit: D'n Uytbeyndel 65 blz. 16-18.