Iedere eerste maandag- en woensdagochtend van de maand van 10 tot 12 uur kunt u ons bezoeken in het heemhuis Vanaf 1 januari 2025 wordt dat Iedere eerste maandagochtend en derde woensdagochtend van de maand. |
Peelrandbreuk
De Peelrandbreuk is een geologische breuklijn die zijn naam dankt aan de Peel. Grofweg volgt de breuklijn de lijn Roermond - Meijel - Liessel - Deurne - Bakel - Gemert - Uden - Heesch en loopt via Utrecht naar onder meer de Doggersbank in de Noordzee, waar de breuk de zuidrand van vormt. Op de Doggersbank, zijnde een visreservaat, worden nog de peelpuisten of kienhout aangetroffen die ook in de Peel na de laatste ijstijd groeiden.
Deze noordwest-zuidoost lopende afschuivingsbreuk reikt tot aan het aardoppervlak en scheidt de relatief omhoog bewegende Peelhorst van de relatief omlaag bewegende Roerdalslenk. Ten noorden van Heesch is de breuk niet meer aan het oppervlak waarneembaar.
Ontstaan van de breuken in de Peelregio.
De Peelrandbreuk ontstond in het Paleozoïcum (541 tot 252 miljoen jaar geleden). Deze vormt een onderdeel van een breukenstelsel dat vanaf de Middellandse Zee via het Rijndal naar het noorden loopt.
Het breuksysteem vormt onderdeel van de grote Beneden-Rijndalslenk in de ondergrond van Nederland, België en Duitsland. Langs de Peelrandbreuk vindt nog steeds beweging plaats, wat op sommige plaatsen in het landschap te zien is en voor aardbevingen met hun epicentrum onder de breuk zorgt. Breuken zitten veelal onder een hoek van 60 tot bijna 90 graden (loodrecht) in de ondergrond.
Breuken bij Deurne
In de buurt van de Peelrandbreuk zijn nog vele breuken meer te vinden die doorlopen tot het aardoppervlak.
Vanaf het kasteel in Deurne loopt de Breuk van Milheeze naar het noorden door de Stippelberg.
De Breuk van Griendtsveen loopt van Helenaveen, Griendtsveen, westelijk langs De Bult naar De Rips. Oostelijk van deze breuk, dus aan de hoge kant draaien onderbemalingspompen om de landbouwgronden droog te houden zoals aan de Paardekopweg te zien is.
De Breuk van Meijel loopt oostelijk van Meijel door 't Molentje en komt bij de Koeweideweg bij de Peelrandbreuk.
Bij Meijel splitst een breuk af van de Peelrandbreuk, loopt via de Garst westelijk van Liessel naar Sint Jozefparochie en richting Buntven. De knik bij Liessel in de Astense Aa is typisch voor een breuk. Eerst stroomt het water over de hoge kant van de breuk en bij een punt waar de breuk doorlatend is, stroomt de beek in westelijke richting. Er is dan ook geen sprake van een massieve Peelhorst, maar een aaneenschakeling van aardplaten of schollen die kunnen bewegen. Dit geldt ook voor de Centrale Slenk.
De Centrale Slenk, ook Roerdalslenk genoemd, daalt ten opzichte van de Peelhorst. Bij bijvoorbeeld de aanleg van wegen of leidingen moet terdege rekening gehouden worden met die tektoniek, de beweging in de aardkorst. De spanning bouwt zich op langs de breuk. Soms volgt er een aardbeving, maar de meeste zijn zo zwak dat ze niet opgemerkt worden.
Goed te volgen is de Milheezebreukzone. In Deurne ligt deze net oostelijk van de weg naar de Rips. Hier zijn vele natte kleinschalige weilandjes te vinden en wijstwater in de sloten.
De Breuk van Veghel die langs Asten naar Helmond en Veghel loopt is de landschappelijke drager van het dal van de Goorloop.
Slechts op enkele locaties is de Peelrandbreuk aan de oppervlakte zichtbaar. Daarvan zijn de belangrijkste in Noord-Brabant in de omgeving van het Annabos bij Uden, bij Bakel in Geneneind, omgeving Deurne (Kasteel en omgeving, Heiakker met landschappelijke zone, 't Riet, Breemortel) de omgeving van Liessel (terreintrede Berktsedijk, Regenweg met slootkwel, rood water in sloten bij Willige Laagt, Rodegraaf, Soeloopdal met de voormalige gronden van Gommans, nabijheid van Koeweideweg) en Neerkant (o.a. langs Astense Aa) en de Wilbertsput tussen Neerkant en Meijel. In de omgeving van Meijel-Heibloem is veel wijst bij de Peelrandbreuk. De terreintrede bij de Maashaven in Neer is spectaculair en in de Meinweg is de breuk goed te volgen.
Vroege ontsluitingswegen , kastelen en watermolens
Zeer oude verbindingswegen, onder andere van Den Bosch naar Roermond, liepen aan de westzijde van de Peelrandbreuk waar het relatief droog was. De weg van Horn via Meijel, Liessel, Deurne en Gemert was er al in de Romeinse tijd. Langs deze oude route tref je dan ook oude kastelen aan. De grachten werden gevoed met wijstwater van 7 graden Celsius. Deze bevroren veel minder snel dan andere beken. Een verschijnsel dat overal bij wijst voorkomt.[1]
De watermolens werden gebouwd op plekken waar wat over de breuk heen kwam. Het water bevroor (bijna) nooit en er was altijd wateraanvoer vanaf de Peelhorst. Ze konden dan ook het jaar rond draaien.
Bodemverschuivingen bij de Peelrandbreuk
Recente studies geven aan dat in Nederland de recente bewegingen langs breuken aan het maaiveld niet zozeer schoksgewijs verlopen, maar veel meer optreden als langzame, ononderbroken verplaatsingen. Dit heeft te maken met de opbouw van de bovengrond. In bergen gaat dit altijd met schokken gepaard.
De laatste grotere aardbevingen op deze breuk waren de aardbevingen bij Uden en Roermond van 1932 en de voor Nederland uitzonderlijk sterke aardbeving bij Roermond op 13 april 1992. Het verticaal verzet langs de breuk is minstens 40 meter. Door onder andere de aardbeving van 1992 weten we dat de afschuiving nog steeds doorgaat. Waterpassingen sinds 1935 tussen ondergrondse merken tonen duidelijk de verticale beweging langs de breuk. De relatieve beweging blijkt 0,5 mm per tien jaar te bedragen. Bijvoorbeeld: het gehucht Willemsveen, tussen Asten-Heusden en Meijel, is sinds 1970 twaalf centimeter gezakt ten opzichte van Liessel.
Aan het Roerdalslenk is het hoogteverschil langs de breuklijn minder groot dan het verzet in de ondergrond, omdat de laagte die door de trage verzakking van de slenk ontstaat continu wordt opgevuld met nieuwe sedimenten. De terrasrand van de Peelrandbreuk is daardoor niet zo steil en het hoogteverschil bedraagt enkele meters. De vele fossielen die in de plas bij Hoogdonk naar boven zijn gekomen zitten ook in de afzettingen in de Centrale Slenk, maar dan tientallen meters dieper.
Door langzame bewegingen in de aardkorst ontstaan breuken en schollen. Een omhoog geduwde schol noemt men een horst, een zakkend stuk aardkorst een slenk. Het ten gevolge van tektoniek omhoog komen van de Peelhorst dwong de Rijn en Maas die aan de hoge kant van de Peelrandbreuk gestroomd hebben naar het oosten. De Maas is in de huidige bedding gaan stromen. De Rijn is later door het huidige Rijndal gaan stromen, eveneens gedwongen door de tektoniek. De rivieren hebben duidelijk hun sporen achtergelaten in onze streek met afzettingen van grint maar ook grover materiaal zoals de zwerfkeien Jaap van de Leijsing en Buntse Kei. De opbouw van de ondergrond op de Peelhorst is aantrekkelijk voor zandwinningsbedrijven. Denk aan het betonbedrijf De Heitrak in Neerkant, kalkzandsteenfabriek Hoogdonk in Liessel, de plassen bij Milheeze-Bakel of Mill. Diverse soorten grint en zand die bruikbaar zijn als bouwmateriaal en ophoogzand worden gewonnen.
Regen en grondwater kunnen door het grove grintrijke zand van de Peelhorst snel wegstromen. Bij de breukzone wordt het water tegengehouden en naar de oppervlakte gedrongen door de plaatselijk door druk en zware ijzerafzettingen sterk verdichte bodem. Daar komt het ijzerhoudende water in contact met zuurstof. De kleine ijzerhoudende deeltjes roesten en verbinden zich met het dekzand tot harde en soms omvangrijke ijzeroerlagen. De typische, zwaar ijzerhoudende kwelverschijnselen langs de Peelrandbreuk worden wijst genoemd. De ijzerrijke kwel kan fosfaatfixatie veroorzaken, wat plaatselijk merkwaardige en gunstige gevolgen kan hebben voor de waterkwaliteit, in die zin dat die gevolgen van overbemesting plaatselijk lijken weg te vallen, met gunstige gevolgen voor bepaalde planten en dieren vanwege de veel betere waterkwaliteit.
Wanneer de grondwaterstand ter plaatse wordt gemeten, is het zo dat hoe hoger men op de breuk komt hoe natter het wordt. Op het hoge deel groeit zegge en riet, wat normaal op het laagste deel verwacht wordt. In deze streek moeten de boeren op het laagst gelegen land ook eerder beregenen dan de boeren op het hoge land. In deze streek komt de achternaam Van der Wijst veel voor. Het gebied De wijstgronden tussen Uden en Vorstenbosch is in 2004 door de provincie Noord-Brabant uitgeroepen tot het eerste aardkundig monument in de provincie.
In de Peelregio kennen we de natte wijstgronden onder namen als Eeuwsels, sprenk of vlaas.
De werking van breuken
Hoe breuken werken is bij velen tamelijk onbekend. Recentelijk is hier meer aandacht voor gekomen, mede ingegeven om een klimaatbestendigere omgeving in te richten.
Op bijgaande foto is tussen de ijzerlaag en de ingespoelde leem een dun laagje te zien. Dit is in feite de breuk. De leem is ingespoeld tegen de breuk en heeft deze verdicht. Het ijzerrijke kwelwater dat over de breuk komt roest door het contact met zuurstof en verdicht de breuk nog meer.
Het doorbreken van breuken zoals veel gebeurd is in het kader van de ruilverkavelingen heeft de nattere weilanden boven aan de breuken diep ontwaterd, waarna veelal wateraanvoer moest plaatsvinden of beregening moest worden toegepast.
Door de klimaatverandering zal de wateraanvoer in droge periodes sterk afnemen of wegvallen. Maar onbeperkt beregenen is geen optie gelet op de verdroging. Het onderzoek naar breukherstel zoals in Bakel en Uden worden uitgevoerd zijn naar de toekomst waarschijnlijk de beste oplossingen om in de regio water vast te houden. Natuur inclusieve landbouw kan daar een wezenlijke bijdrage aan gaan leveren (natte landbouwmethoden als paludicultuur).
Breuken en het landschap
Breuken zijn van grote invloed geweest op het ontstaan van het huidige landschap. Dit had alles te maken met de gevolgen van het doorbreken van breuken waardoor wateroverlast optrad die hele beekdalen maar ook dorpen en steden inundeerden. Dat is de reden dat voor Oost-Brabant in de jaren dertig alle waterschappen werden samengevoegd tot Waterschap De Aa. Zo hoopte men het water in betere banen te leiden. Dat was de tijd waarin de grootschalige ontginningen begonnen te ontstaan met onder andere de dennenakkers voor mijnhout maar ook nieuwe landbouwgrond. De DUW, Dienst Uitvoering Werken, een soort WUV moest duizenden mensen middels de ontginningen aan een baan helpen. Het effect van wateroverlast werd versterkt door het afgraven van de Peel, waardoor de sponswerking afnam.
Na de Tweede Wereldoorlog werd de ontginning grootschalig aangepakt. Men beschikte over draglines, graafmachines, enz. Er was behoefte aan grotere productie met minder personen waardoor de landbouw mechaniseerde. De schaal van de ontginningen werd grootschaliger. De Ruilverkavelingen zagen het licht. Dit verschijnsel is duidelijk in de schaal van het landschap terug te zien. Grootschalig tegen de Peel, minder grootschalig dichter naar de dorpen en rond de dorpen nog deels kleinschalige percelen. De landbouw had voorrang op natuur, ook in hydrologisch opzicht. Met die ruilverkavelingen die soms twee maal over een streek gingen, zijn bijna alle zandpaden, landschapselementen, kronkelende beken enzovoort uit het landschap verdwenen evenals de bijbehorende planten en dieren.
De breuken herken je nog aan de knikken in de wegen en de haakse bochten (S-bochten) in sloten. Op de Peelhorst lagen vroeger geen dorpen (behalve op een zandopduiking als Milheeze), maar enkel in de Centrale Slenk of Slenk van Venlo aan de oostzijde van de Peelhorst.
Elementen die samenhangen met de breuken in Deurne.
Wanneer je meer van breuken in de directe omgeving van Deurne wilt ervaren, zijn hier een aantal tips.
Peelrandbreuk
- Knik in Kaweische Loop bij pluimveehouderij Wolfsklamp
- Knik in Kouterdreef en Biesheuvelsche Loop
- Watermolen aan het Haageind
- Ligging Groot en Klein Kasteel
- Park in Heiakker
- Clarinet (i.v.m. goede kwaliteit grind-zand aanleg spoorweg)
- Grote knik Breemortelweg
- Steilrand met stuwen aan Berktsedijk
- Zandwinning Hoogdonk (inclusief ondiepe fossielen)
- Slootkwel wijstwater achter in Regenweg
- Slootkwel wijstwater Willige Laagt
- Knik Rode Graaf zuidelijk van Eikenlaan
- Venige gronden oostelijk van Polderdreef
- Wijstwater sloot westelijk van Koeweideweg
- Grindwinning bij Het Steen Neerkant
- Voorkomen grint oostelijk Schansweg
- Wilbertput op grens met Limburg
Maar ook de weg Meijel-Deurne-Bakel is een gevolg van de Peelrandbreuk. En de vijf stuwen in de Astense Aa tussen de Schansweg en de Reigerbekweg.
Breuk van Griendtsveen
- Onderbemalingspompen landbouwgronden Paardekopweg
- Veel dichter slotenpatroon bij Halvemaanweg
- Intensiever slotenpatroon omgeving Zandschelweg
Breuk van Milheeze
- Rood water in sloten tussen Milheezerweg en Goorweg inclusief de kleinere nattere percelen
- De s-bocht in de Kaweische Loop onder Bankert
Breuk Liessel naar Bakel Deze zijbreuk loopt langs de Leemkuilen waar fijne leem in een voormalig stroomdal is afgezet In het Zandbos is waarschijnlijk zand ingestoven op kwelwater en zijn de duinen ontstaan.
Bronnen, noten en/of referenties
|
DeurneWiki TR Plekke: DeurneWiki_TR_Plekke_POI
De informatie die hier staat wordt gebruikt om over te hevelen naar WikiTude. Dit is onderdeel van het DeurneWiki TR Plekke project dat als doel heeft geselekteerde artikelen uit DeurneWiki over te brengen naar WikiTude, een nlwikipedia:Toegevoegde realiteit. Zie hier onder hoe WikiTude te installeren. Voor meer informatie, zie artikel DeurneWiki TR Plekke.
Installeren van WikiTude op uw android of iPhone mobiel
Installeer WikiTude voor uw android toestel: of WikiTude voor uw iPhone: door op de links te klikken of via de app-market van uw toestel.