Iedere eerste maandag- en woensdagochtend van de maand van 10 tot 12 uur kunt u ons bezoeken in het heemhuis Vanaf 1 januari 2025 wordt dat Iedere eerste maandagochtend en derde woensdagochtend van de maand. |
Johan Schmitz (circa 1798-1838): verschil tussen versies
Geen bewerkingssamenvatting |
Geen bewerkingssamenvatting |
||
Regel 25: | Regel 25: | ||
In de Lindenlaan hield Johan Schmitz tevens herberg. Omdat het gezin protestants was, kwam er veel aanloop van de in verband met de [[Belgische Opstand]] (1830-1839)hier gelegerde en ingekwartierde talrijke protestantse soldaten uit het noorden. Op 15 april 1834 om half elf 's avonds brandde zijn herberg af. Meer informatie hierover is te vinden onder: [[brand van 15 april 1834]]. | In de Lindenlaan hield Johan Schmitz tevens herberg. Omdat het gezin protestants was, kwam er veel aanloop van de in verband met de [[Belgische Opstand]] (1830-1839)hier gelegerde en ingekwartierde talrijke protestantse soldaten uit het noorden. Op 15 april 1834 om half elf 's avonds brandde zijn herberg af. Meer informatie hierover is te vinden onder: [[brand van 15 april 1834]]. | ||
Na de brand woonde hij weer een aantal maanden in Asten; in oktober 1834 kwam hij terug naar Deurne. | Na de brand woonde hij weer een aantal maanden in Asten; in oktober 1834 kwam hij terug naar Deurne. Op [[brand van 28 april 1836|27 of 28 april 1836]] werd het huis ter hoogte van het tegenwoordige adres Stationsstraat 80, dat Johan Schmitz en Godfried Charles huurden van Joost Kuijpers, opnieuw door brand getroffen. | ||
Versie van 20 jun 2020 14:00
Johan Schmitz | ||
Persoonsinformatie | ||
Volledige naam | Johan Schmitz | |
Geboorteplaats | Rheijdt | |
Geboortedatum | circa 1798 | |
Overl.plaats | Deurne | |
Overl.datum | 25 februari 1838 | |
Partner(s) | Margaretha Coenen | |
Beroep(en) | wever, herbergier, fabrikant |
Johan Schmitz (Rheijdt circa 1798-1838) was een wever en herbergier in het Kerkeind.
Hij was gehuwd met Margaretha Coenen, ook wordt zij vermeld als Cuone en Keunen.
In december 1828 vestigde hij zich met zijn vrouw en twee dochters, Anna Catharina en Catharina, in Deurne en overhandigde aan de protestantse kerkenraad attestatieën van lidmaatschap van de Hervormde hoogduitsche gemeente te Rheijdt in het kanton Odenkirch in Pruisen.
In het bevolkingsregister werd als zijn beroep vermeld: fabrikant. Elders werd hij genoemd als wever. Mogelijk was hij verbonden aan de linnen- en damastweverij van de familie Van de Mortel.
Op 1 november 1829 beviel zijn vrouw van een doodgeboren zoontje en op 23 januari 1831 werd hier hun derde kind Wilhelmina geboren en gedoopt in de protestantse kerk.
Van 9 januari 1832 tot 3 april 1833 woonde het gezin in Asten. Bij zijn terugkeer naar Deurne huurde hij van Francisca Flerks, de weduwe van Gerardus van de Mortel, een huis aan de huidige Lindenlaan 3. Op 13 juli 1833 overleed hier zijn achtjarige dochtertje Catharina en op 21 november van dat jaar verloor hij zijn vrouw, hem achterlatend met twee kleine kinderen.
In de Lindenlaan hield Johan Schmitz tevens herberg. Omdat het gezin protestants was, kwam er veel aanloop van de in verband met de Belgische Opstand (1830-1839)hier gelegerde en ingekwartierde talrijke protestantse soldaten uit het noorden. Op 15 april 1834 om half elf 's avonds brandde zijn herberg af. Meer informatie hierover is te vinden onder: brand van 15 april 1834.
Na de brand woonde hij weer een aantal maanden in Asten; in oktober 1834 kwam hij terug naar Deurne. Op 27 of 28 april 1836 werd het huis ter hoogte van het tegenwoordige adres Stationsstraat 80, dat Johan Schmitz en Godfried Charles huurden van Joost Kuijpers, opnieuw door brand getroffen.