Iedere eerste maandag- en woensdagochtend van de maand van 10 tot 12 uur kunt u ons bezoeken in het heemhuis Vanaf 1 januari 2025 wordt dat Iedere eerste maandagochtend en derde woensdagochtend van de maand. |
Studiebeurs van Jan Jansen van Aarle: verschil tussen versies
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
Geen bewerkingssamenvatting |
Geen bewerkingssamenvatting |
||
Regel 3: | Regel 3: | ||
Jan Jansen van Aarle was in leven scholaster en vice-deken van het kapittel te Sint-Oedenrode en kanunnik van de Sint-Peterskerk in Oirschot. Op 3 september 1634 liet hij, ziek op bed liggend, door notaris Dirk van de Velden zijn zeer uitvoerige testament opmaken. | Jan Jansen van Aarle was in leven scholaster en vice-deken van het kapittel te Sint-Oedenrode en kanunnik van de Sint-Peterskerk in Oirschot. Op 3 september 1634 liet hij, ziek op bed liggend, door notaris Dirk van de Velden zijn zeer uitvoerige testament opmaken. | ||
De volgende Deurnenaren profiteerden | De volgende Deurnenaren profiteerden onder meer van de beurs, die aanvankelijk 25, later 50 gulden per jaar bedroeg: | ||
*In 1761 konden [[Franciscus Verbeek (1752-1812)|Franciscus Verbeek]] en [[Johannes Verbeek|Johannes Verbeek]], de twee kinderen van Hendrikus Verbeek | *In 1761 konden [[Franciscus Verbeek (1752-1812)|Franciscus Verbeek]] en [[Johannes Verbeek|Johannes Verbeek]], de twee kinderen van Hendrikus Verbeek, met succes een beroep doen op de beurs.<ref>RHCe Schepenbank Deurne en Liessel, 15e eeuw - 1810 toegang 13183 inv.nr. 136 folio 281 21 april 1761</ref> | ||
*In 1825 Hendrikus van de Mortel, de zoon van C.W. van de Mortel.<ref>29 | *In 1788 werd de beurs toegekend aan de tienjarige [[Willem van Schaijk (1778-1864)|Willem van Schaijk]], de zoon van de Deurnese vorster [[Baltus van Schaik (1731-1791)|Bathazar van Schaijk]].<ref>Collectie Rijksarchief N.Br.1557-1817 RANB 178 inv nr 127 folio 479 – vrijdag 23 mei 1788 - regest Henk Beijers.</ref> | ||
*In 1849 kon [[Johannes Hubertus Janssens (1833-1911)]] op de beurs gaan studeren aan de | *In 1825 Hendrikus van de Mortel, de zoon van C.W. van de Mortel.<ref>29 november 1825 Provinciaal bestuur BHIC toegang 17 inv.nr.379 </ref> | ||
*In 1849 kon [[Johannes Hubertus Janssens (1833-1911)|Johannes Hubertus Janssens]], later herbergier in [[Herberg De Gouden Leeuw|De Gouden Leeuw]], op de beurs gaan studeren aan de Latijnse school in Helmond. | |||
*[[Johannes Godefridus Sauvé (1843-1869)]] was vanaf 1857 beursstudent op de Latijnse school te Gemert. | *[[Johannes Godefridus Sauvé (1843-1869)]] was vanaf 1857 beursstudent op de Latijnse school te Gemert. | ||
*Jan Baptista Goossens (1850) studeerde in 1868. | *Jan Baptista Goossens (1850) studeerde in 1868. | ||
*[[Leonardus Berkvens (1854-1931)]] studeerde vanaf 1868 op een beurs van | *[[Leonardus Berkvens (1854-1931)|Leonardus Berkvens]], naar wie een straat in [[Liessel]] genoemd is, studeerde vanaf 1868 op een beurs van vijftig gulden. | ||
*[[Petrus Adrianus Köhnen (1864-1896)]] studeerde in 1877 te Sint-Michielsgestel.<ref>Zijn vader vroeg voor hem de studiebeurs van Jan Jansen van Aarle van 50 gulden per jaar voor hem aan. Het is onduidelijk of die beurs ook werd toegekend.</ref> | *[[Petrus Adrianus Köhnen (1864-1896)|Adriaan Köhnen]] studeerde in 1877 te Sint-Michielsgestel.<ref>Zijn vader vroeg voor hem de studiebeurs van Jan Jansen van Aarle van 50 gulden per jaar voor hem aan. Het is onduidelijk of die beurs ook werd toegekend.</ref> | ||
{{ | {{Appendix}} | ||
[[categorie:onderwijs]] | [[categorie:onderwijs]] |
Versie van 2 apr 2018 08:42
De studiebeurs van Jan Jansen van Aarle werd door hem in zijn testament in het leven geroepen en heeft in de loop der eeuwen vele jongemannen uit Deurne de kans geboden op een studie.
Jan Jansen van Aarle was in leven scholaster en vice-deken van het kapittel te Sint-Oedenrode en kanunnik van de Sint-Peterskerk in Oirschot. Op 3 september 1634 liet hij, ziek op bed liggend, door notaris Dirk van de Velden zijn zeer uitvoerige testament opmaken.
De volgende Deurnenaren profiteerden onder meer van de beurs, die aanvankelijk 25, later 50 gulden per jaar bedroeg:
- In 1761 konden Franciscus Verbeek en Johannes Verbeek, de twee kinderen van Hendrikus Verbeek, met succes een beroep doen op de beurs.[1]
- In 1788 werd de beurs toegekend aan de tienjarige Willem van Schaijk, de zoon van de Deurnese vorster Bathazar van Schaijk.[2]
- In 1825 Hendrikus van de Mortel, de zoon van C.W. van de Mortel.[3]
- In 1849 kon Johannes Hubertus Janssens, later herbergier in De Gouden Leeuw, op de beurs gaan studeren aan de Latijnse school in Helmond.
- Johannes Godefridus Sauvé (1843-1869) was vanaf 1857 beursstudent op de Latijnse school te Gemert.
- Jan Baptista Goossens (1850) studeerde in 1868.
- Leonardus Berkvens, naar wie een straat in Liessel genoemd is, studeerde vanaf 1868 op een beurs van vijftig gulden.
- Adriaan Köhnen studeerde in 1877 te Sint-Michielsgestel.[4]
Bronnen, noten en/of referenties
|