Heeft u correcties, aanvullingen of foto's bij een artikel dan kunt u die hier mailen.
Rabo-clubsupport leverde dit jaar 765,88 euro op. Allen die op ons stemden hartelijk dank!
Iedere eerste maandag- en woensdagochtend van de maand van 10 tot 12 uur kunt u ons bezoeken in het heemhuis

Molenstraat 10-12-14: verschil tussen versies

Uit DeurneWiki, de historische encyclopedie voor groot-Deurne.
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
Geen bewerkingssamenvatting
Geen bewerkingssamenvatting
Regel 1: Regel 1:
[[Bestand:24.022.jpg|400px|thumb|''Het Man'' op zijn hondenkar, vóór 1904. Links staat de deur van zijn pand, het huidige Molenstraat 14, nog open. De iets vooruitspringende voorgevel van het aangrenzende pand, dat ook aan Goossens behoorde, is in [[Molenstraat 12]] nog altijd te herkennen, maar in tegenstelling tot Molenstraat 14 is het oorspronkelijke Molenstraat 12 inmiddels afgebroken.]]
[[Bestand:24.022.jpg|400px|thumb|''Het Man'' op zijn hondenkar, vóór 1904. Links staat de deur van zijn pand, het huidige Molenstraat 14, nog open. De iets vooruitspringende voorgevel van het aangrenzende pand, het latere Molenstraat 10-12, dat ook aan Goossens behoorde, is in het huidige [[Molenstraat 12]] nog altijd te herkennen.]]
[[Bestand:07.699.jpg|400px|thumb|Rechts zicht op de toen nog vrijliggende zijgevel van Molenstraat 10-12. Aan de voorgevel te zien was het pand inmiddels ingrijpend vernieuwd.]]
[[Bestand:07.699.jpg|400px|thumb|Rechts zicht op de toen nog vrijliggende zijgevel van Molenstraat 10-12. Aan de voorgevel te zien was het pand inmiddels ingrijpend vernieuwd.]]
[[Bestand:31.208.jpg|400px|thumb|Ook hier zien we rechts de zijgevel van Molenstraat 10-12.]]
[[Bestand:31.208.jpg|400px|thumb|Ook hier zien we rechts de zijgevel van Molenstraat 10-12.]]
Regel 12: Regel 12:
== Gemeenschappelijke geschiedenis ==
== Gemeenschappelijke geschiedenis ==


Het woonhuis met de latere adressen Molenstraat 10, 12 en 14 werd rond 1863 gebouwd in een tuin, kadastraal bekend als E 1146, in opdracht van Wilhelmina Beekers, de echtgenote van [[Henricus Goossens (1792-1856)]]. Zij was op dat moment landbouwer in [[Vlierden]]. Daarop werd het huis en erf E 1205, de achterliggende tuin E 1204. Het bestond uit een langgerekt woonhuis, het latere Molenstraat 10-12, en een kleiner terugliggend deel, het huidige Molenstraat 14.<ref>Kadastrale leggers Deurne, reeks 1, artikel 1531, dienstjaar 1864</ref> Kort daarna, rond 1864, werden haar bezittingen overgeschreven naar haar zoon, [[Eimericus Hubertus Goossens (1836-1904)]], timmerman in Deurne, ook genoemd [[Het Man]]. In de periode dat hij het huis bezat werden er een stal gebouwd en een beugelbaan op het achtererf aangelegd. Hij moet hier zijn café uitgebaat hebben. Door de verkoop van een klein stukje grond en de bouw van een nieuw stuk aan het terugliggende deel (Molenstraat 14) kreeg het perceel de aanduiding E 1475, de tuin E 1476. Van een beugelbaan is op dat moment, rond 1878, geen sprake meer. Wel werd er rond 1879 en rond 1891 bijgebouwd. Na die tweede bijbouw, van een losse schuur in de tuin kreeg het verenigde perceel van huis én tuin de nieuwe aanduiding E 1716. Rond 1905 werd de boedel van Goossens gescheiden.<ref>Kadastrale leggers Deurne, reeks 1 en 3, artikel 1905, dienstjaren 1865, 1880, 1892 en 1906</ref>.
Het woonhuis met de latere adressen Molenstraat 10, 12 en 14 werd rond 1863 gebouwd in een tuin, kadastraal bekend als E 1146, in opdracht van Wilhelmina Beekers, de echtgenote van [[Henricus Goossens (1792-1856)]]. Zij was op dat moment landbouwer in [[Vlierden]]. Daarop werd het huis en erf E 1205, de achterliggende tuin E 1204. Het bestond uit een langgerekt woonhuis, het latere Molenstraat 10-12, en een kleiner terugliggend deel, het rechter deel van het huidige Molenstraat 14.<ref>Kadastrale leggers Deurne, reeks 1, artikel 1531, dienstjaar 1864</ref> Op basis van de hiernaast staande foto kunnen we er vanuitgaan, dat Molenstraat 10-12 al vóór 1904 een dubbele woning was, waarbij de twee voordeuren in het midden van de gevel naast elkaar lagen en de twee woningen dus gespiegeld ten opzichte van elkaar waren.<ref>Toen het rechter deel rond 1963 werd afgebroken, werd niet precies één woning gesloopt, maar iets minder. Daardoor bleven in het resterende deel de twee voordeuren bestaan, zie de onderste foto rechts.</ref>


De nieuwe eigenaar was Goossens' schoonzoon [[Henricus van der Heijden (1870-1950)]], die bakker was en de herberg van zijn schoonvader op het huidige Molenstraat 14 overnam. Hij liet het pand rond 1907 vernieuwen, wat betekende dat het werd gesplitst in twee huizen. Rond 1908 werd die splitsing ook kadastraal doorgevoerd. Het huidige Molenstraat 14 kreeg de aanduiding E 1861, het huidige Molenstraat 12 de aanduiding E 1862. Aan het latere Molenstraat 12 werd bovendien aan de noordwestzijde een aanbouw, een bergplaats, geplaatst. Mogelijk werd de voorgevel toen ook ingrijpend vernieuwd. Beide woningen werden rond 1915 door Van der Heijden verkocht.<ref>Kadastrale leggers Deurne, reeks 3, artikel 4201, dienstjaren 1908, 1909 en 1916</ref>
Kort na de bouw, rond 1864, werden haar bezittingen overgeschreven naar haar zoon, [[Eimericus Hubertus Goossens (1836-1904)]], timmerman in Deurne, ook genoemd [[Het Man]]. In de periode dat hij het huis bezat werden er een stal gebouwd en een beugelbaan op het achtererf aangelegd. Hij moet hier zijn café uitgebaat hebben. Door de verkoop van een klein stukje grond en de bouw van een nieuw stuk aan het terugliggende deel (vergroting van Molenstraat 14, dus) kreeg het perceel de aanduiding E 1475, de tuin E 1476. Van een beugelbaan was op dat moment, rond 1878, geen sprake meer. Wel werd er rond 1879 en rond 1891 bijgebouwd. Na die tweede bijbouw, van een losse schuur in de tuin, kreeg het verenigde perceel van huis én tuin de nieuwe aanduiding E 1716. Rond 1905 werd de boedel van de overleden Goossens gescheiden.<ref>Kadastrale leggers Deurne, reeks 1 en 3, artikel 1905, dienstjaren 1865, 1880, 1892 en 1906</ref>.
 
De nieuwe eigenaar was Goossens' schoonzoon [[Henricus van der Heijden (1870-1950)]], die bakker was en de herberg van zijn schoonvader overnam. Hij liet het pand rond 1907 vernieuwen, wat betekende dat het werd gesplitst in twee huizen. Rond 1908 werd die splitsing ook kadastraal doorgevoerd. Het huidige Molenstraat 14 kreeg de aanduiding E 1861, het huidige Molenstraat 12 de aanduiding E 1862. Aan het latere Molenstraat 12 werd bovendien aan de noordwestzijde een aanbouw, een bergplaats, geplaatst. Mogelijk werd de voorgevel toen ook ingrijpend vernieuwd. Beide woningen werden rond 1915 door Van der Heijden verkocht.<ref>Kadastrale leggers Deurne, reeks 3, artikel 4201, dienstjaren 1908, 1909 en 1916</ref>


Koper van beide woningen was [[Petrus Henricus Hubertus Goossens (1876-1952)]] met zijn kinderen. Hij was de jongste zoon van ''Het Man''. Hij deed beide huizen rond 1917 in de verkoop, aan verschillende eigenaren.<ref>Kadastrale leggers Deurne, reeks 4, artikel 4990</ref>
Koper van beide woningen was [[Petrus Henricus Hubertus Goossens (1876-1952)]] met zijn kinderen. Hij was de jongste zoon van ''Het Man''. Hij deed beide huizen rond 1917 in de verkoop, aan verschillende eigenaren.<ref>Kadastrale leggers Deurne, reeks 4, artikel 4990</ref>
Regel 20: Regel 22:
== Molenstraat 10-12 ==
== Molenstraat 10-12 ==


[[Joseph Aloisius van de Mortel (1883-1953)]] kocht E 1862, ''huis, bergplaats, tuin'', van Goossens. Hij splitste zijn perceel en deed een deel het jaar erop in de verkoop. Het ene deel, een stuk tuin, droeg hij over aan buurman Van Deursen.<ref>Kadastrale leggers Deurne, reeks 4, artikel 5180</ref> Het huis met de resterende tuin, E 1949 (770 m2), behield hij zelf, samen met zijn kinderen. Hij liet er rond 1932 nog een werkplaats bij bouwen. Deze stond in de tuin achter het pand. Rond 1950 werd de werkplaats nog wat verder uitgebreid. Rond 1952 deed hij het perceel, inmiddels E 2513, in de verkoop. Een klein deel van de werkplaats, voortaan E 2536, werd afgesplitst van het huis met de rest van de werkplaats, voortaan E 2537.<ref>Kadastrale leggers Deurne, reeks 4, artikel 5055, dienstjaren 1933 en 1951</ref> Het kleine deel van de werkplaats ging naar zoon [[Laurentius Josephus van de Mortel (1922-1978)|Leo van de Mortel]], die op het naastgelegen adres [[Molenstraat 10]] woonde, en zoon [[Joseph Aloisius van de Mortel (1928)|Sjef van de Mortel]].<ref>Kadastrale leggers Deurne, reeks 5, artikel 7997</ref> Het huis met de rest van de werkplaats ging ook naar beide zonen, maar met het vruchtgebruik voor vader. Door verbouwing rond 1952 bestond het pand nu uit twee woningen. Rond 1954 vond een voorlopige splitsing plaats.<ref>Kadastrale leggers Deurne, reeks 5, artikel 7998, dienstjaren 1953 en 1955</ref>
[[Joseph Aloisius van de Mortel (1883-1953)]] kocht E 1862, ''huis, bergplaats, tuin'', van Goossens. Hij splitste zijn perceel en deed een deel het jaar erop in de verkoop. Het ene deel, een stuk tuin, droeg hij over aan buurman Van Deursen.<ref>Kadastrale leggers Deurne, reeks 4, artikel 5180</ref> Het huis met de resterende tuin, E 1949 (770 m2), behield hij zelf, samen met zijn kinderen. In 1930 woonde hij hier zelf ook, op het adres A.173, later Molenstraat F.3. Hij liet er rond 1932 nog een werkplaats bij bouwen. Deze stond in de tuin achter het pand. Rond 1950 werd de werkplaats nog wat verder uitgebreid. Rond 1952 deed hij het perceel, inmiddels E 2513, in de verkoop. Een klein deel van de werkplaats, voortaan E 2536, werd afgesplitst van het huis met de rest van de werkplaats, voortaan E 2537.<ref>Kadastrale leggers Deurne, reeks 4, artikel 5055, dienstjaren 1933 en 1951</ref> Het kleine deel van de werkplaats ging naar zoon [[Laurentius Josephus van de Mortel (1922-1978)|Leo van de Mortel]], die op het naastgelegen adres [[Molenstraat 10]] woonde, en zoon [[Joseph Aloisius van de Mortel (1928)|Sjef van de Mortel]].<ref>Kadastrale leggers Deurne, reeks 5, artikel 7997</ref> Het huis met de rest van de werkplaats ging ook naar beide zonen, maar met het vruchtgebruik voor vader. Door verbouwing rond 1952 bestond het pand nu uit twee woningen. Rond 1954 vond een voorlopige splitsing plaats.<ref>Kadastrale leggers Deurne, reeks 5, artikel 7998, dienstjaren 1953 en 1955</ref>


Het noordelijke gedeelte, dat Molenstraat 10 zou worden, werd volledig eigendom van Leo van de Mortel. Rond 1963 liet hij op dit perceel K 353 zijn deel van het oude pand uit circa 1863 met de vernieuwde voorgevel uit circa 1915 slopen en een nieuw pand bouwen. Door de verkoop van een stukje grond werd de kadastrale aanduiding K 535. Na zijn dood bleef het in handen van zijn weduwe. Tussen juni 2017 en juni 2018 werd ook het pand uit rond 1963 afgebroken om plaats te maken voor nieuwbouw.<ref>Kadastrale leggers Deurne, reeks 5, artikel 8531</ref>
Het noordelijke gedeelte, dat Molenstraat 10 zou worden, werd volledig eigendom van Leo van de Mortel. Rond 1963 liet hij op dit perceel K 353 zijn deel van het oude pand uit circa 1863 met de vernieuwde voorgevel uit circa 1915 slopen en een nieuw pand bouwen. Door de verkoop van een stukje grond werd de kadastrale aanduiding K 535. Na zijn dood bleef het in handen van zijn weduwe. Tussen juni 2017 en juni 2018 werd ook het pand uit rond 1963 afgebroken om plaats te maken voor nieuwbouw.<ref>Kadastrale leggers Deurne, reeks 5, artikel 8531</ref>
Regel 29: Regel 31:
== Molenstraat 14 ==
== Molenstraat 14 ==


Koper van het pand was de Deurnese koopman [[Peter Johannes van Rixel (1880-1959)]], in de kadastrale administratie foutief ''Petrus van Rixtel'' genoemd. Hij verkocht het nog hetzelfde jaar, rond 1917.<ref>Kadastrale leggers Deurne, reeks 4, artikel 5177, dienstjaar 1918</ref> Koper was de landbouwer [[Johannes van Deursen (1876-1960)]], die het perceel E 1861 met een deel van E 1862 verenigde tot E 1950 (huis en tuin, 285 m2). Rond 1932 werd het overgeschreven naar een ander kadastraal artikel, dat ook van Jan van Deursen was. Rond 1940 verkocht hij het huisje, dat hij wel zal hebben verhuurd.<ref>Kadastrale leggers Deurne, reeks 4, artikel 5177, dienstjaar 1933; idem, artikel 4069, dienstjaar 1941</ref>
Koper van het pand was de Deurnese koopman [[Peter Johannes van Rixel (1880-1959)]], in de kadastrale administratie foutief ''Petrus van Rixtel'' genoemd. Hij verkocht het nog hetzelfde jaar, rond 1917.<ref>Kadastrale leggers Deurne, reeks 4, artikel 5177, dienstjaar 1918</ref> Koper was de landbouwer [[Johannes van Deursen (1876-1960)]], die het perceel E 1861 met een deel van E 1862 verenigde tot E 1950 (huis en tuin, 285 m2). Rond 1932 werd het overgeschreven naar een ander kadastraal artikel, dat ook van Jan van Deursen was. In die tijd woonde een zekere P.H. Goossens in het huis, dat het huisnummer A.175 en later Molenstraat F.4 had. Hij moet het van Van Deursen gehuurd hebben. Rond 1940 verkocht Van Deursen het huisje.<ref>Kadastrale leggers Deurne, reeks 4, artikel 5177, dienstjaar 1933; idem, artikel 4069, dienstjaar 1941</ref>


Koper was [[Adrianus Jonkers (1878-1950)]], schoenmaker en kastelein, die hier zijn schoenmakerij vestigde. Rond 1942 liet hij er een werkplaats bijbouwen, en rond 1950 schonk hij het pand aan zijn zoon [[Hubertus Petrus Lambertus Jonkers (1910-1981)]].<ref>Kadastrale leggers Deurne, reeks 4, artikel 5383, dienstjaren 1943 en 1951</ref> Die liet de zaak verbouwen, hermeten en vernieuwen, waardoor het de nieuwe aanduiding K 351 kreeg. Bij de vaststelling van de nieuwe huisnummering in 1951-1953 werd ook het adres Molenstraat 14 toegekend. Rond 1966 deed hij een stuk grond van de hand aan de gemeente, en rond 1975 verkocht hij het huis.<ref>Kadastrale leggers Deurne, reeks 5, artikel 8001, dienstjaren 1952, 1957, 1958, 1967 en 1976</ref>
Koper was [[Adrianus Jonkers (1878-1950)]], schoenmaker en kastelein, die hier zijn schoenmakerij vestigde. Rond 1942 liet hij er een werkplaats bijbouwen, en rond 1950 schonk hij het pand aan zijn zoon [[Hubertus Petrus Lambertus Jonkers (1910-1981)]].<ref>Kadastrale leggers Deurne, reeks 4, artikel 5383, dienstjaren 1943 en 1951</ref> Die liet de zaak verbouwen, hermeten en vernieuwen, waardoor het de nieuwe aanduiding K 351 kreeg. Bij de vaststelling van de nieuwe huisnummering in 1951-1953 werd ook het adres Molenstraat 14 toegekend. Rond 1966 deed hij een stuk grond van de hand aan de gemeente, en rond 1975 verkocht hij het huis.<ref>Kadastrale leggers Deurne, reeks 5, artikel 8001, dienstjaren 1952, 1957, 1958, 1967 en 1976</ref>

Versie van 11 mei 2022 11:16

Het Man op zijn hondenkar, vóór 1904. Links staat de deur van zijn pand, het huidige Molenstraat 14, nog open. De iets vooruitspringende voorgevel van het aangrenzende pand, het latere Molenstraat 10-12, dat ook aan Goossens behoorde, is in het huidige Molenstraat 12 nog altijd te herkennen.
Rechts zicht op de toen nog vrijliggende zijgevel van Molenstraat 10-12. Aan de voorgevel te zien was het pand inmiddels ingrijpend vernieuwd.
Ook hier zien we rechts de zijgevel van Molenstraat 10-12.
Links in beeld is Molenstraat 14 en - met een verspringing - de overgang naar Molenstraat 10-12 te zien.
Van links naar rechts Molenstraat 18, 16-16a, 14, 12 en 10. Het rechter deel van het oude pand Molenstraat 10-12 was toen al door nieuwbouw vervangen.
Achter de bijrijdster zien we Molenstraat 10-12, links daarvan het iets terugliggende Molenstraat 14. Achter de fietster het inmiddels gebouwde pand Molenstraat 10, waarvoor een deel van het oude pand Molenstraat 10-12 was afgebroken.
De gepleisterde gevel van Molenstraat 14.
Molenstraat 12, nadat een deel van het oude Molenstraat 10-12 was afgebroken en er nieuwbouw was geplaatst.

Molenstraat 10-12-14 zijn drie adressen in Deurne met een gemeenschappelijke geschiedenis.


Gemeenschappelijke geschiedenis

Het woonhuis met de latere adressen Molenstraat 10, 12 en 14 werd rond 1863 gebouwd in een tuin, kadastraal bekend als E 1146, in opdracht van Wilhelmina Beekers, de echtgenote van Henricus Goossens (1792-1856). Zij was op dat moment landbouwer in Vlierden. Daarop werd het huis en erf E 1205, de achterliggende tuin E 1204. Het bestond uit een langgerekt woonhuis, het latere Molenstraat 10-12, en een kleiner terugliggend deel, het rechter deel van het huidige Molenstraat 14.[1] Op basis van de hiernaast staande foto kunnen we er vanuitgaan, dat Molenstraat 10-12 al vóór 1904 een dubbele woning was, waarbij de twee voordeuren in het midden van de gevel naast elkaar lagen en de twee woningen dus gespiegeld ten opzichte van elkaar waren.[2]

Kort na de bouw, rond 1864, werden haar bezittingen overgeschreven naar haar zoon, Eimericus Hubertus Goossens (1836-1904), timmerman in Deurne, ook genoemd Het Man. In de periode dat hij het huis bezat werden er een stal gebouwd en een beugelbaan op het achtererf aangelegd. Hij moet hier zijn café uitgebaat hebben. Door de verkoop van een klein stukje grond en de bouw van een nieuw stuk aan het terugliggende deel (vergroting van Molenstraat 14, dus) kreeg het perceel de aanduiding E 1475, de tuin E 1476. Van een beugelbaan was op dat moment, rond 1878, geen sprake meer. Wel werd er rond 1879 en rond 1891 bijgebouwd. Na die tweede bijbouw, van een losse schuur in de tuin, kreeg het verenigde perceel van huis én tuin de nieuwe aanduiding E 1716. Rond 1905 werd de boedel van de overleden Goossens gescheiden.[3].

De nieuwe eigenaar was Goossens' schoonzoon Henricus van der Heijden (1870-1950), die bakker was en de herberg van zijn schoonvader overnam. Hij liet het pand rond 1907 vernieuwen, wat betekende dat het werd gesplitst in twee huizen. Rond 1908 werd die splitsing ook kadastraal doorgevoerd. Het huidige Molenstraat 14 kreeg de aanduiding E 1861, het huidige Molenstraat 12 de aanduiding E 1862. Aan het latere Molenstraat 12 werd bovendien aan de noordwestzijde een aanbouw, een bergplaats, geplaatst. Mogelijk werd de voorgevel toen ook ingrijpend vernieuwd. Beide woningen werden rond 1915 door Van der Heijden verkocht.[4]

Koper van beide woningen was Petrus Henricus Hubertus Goossens (1876-1952) met zijn kinderen. Hij was de jongste zoon van Het Man. Hij deed beide huizen rond 1917 in de verkoop, aan verschillende eigenaren.[5]

Molenstraat 10-12

Joseph Aloisius van de Mortel (1883-1953) kocht E 1862, huis, bergplaats, tuin, van Goossens. Hij splitste zijn perceel en deed een deel het jaar erop in de verkoop. Het ene deel, een stuk tuin, droeg hij over aan buurman Van Deursen.[6] Het huis met de resterende tuin, E 1949 (770 m2), behield hij zelf, samen met zijn kinderen. In 1930 woonde hij hier zelf ook, op het adres A.173, later Molenstraat F.3. Hij liet er rond 1932 nog een werkplaats bij bouwen. Deze stond in de tuin achter het pand. Rond 1950 werd de werkplaats nog wat verder uitgebreid. Rond 1952 deed hij het perceel, inmiddels E 2513, in de verkoop. Een klein deel van de werkplaats, voortaan E 2536, werd afgesplitst van het huis met de rest van de werkplaats, voortaan E 2537.[7] Het kleine deel van de werkplaats ging naar zoon Leo van de Mortel, die op het naastgelegen adres Molenstraat 10 woonde, en zoon Sjef van de Mortel.[8] Het huis met de rest van de werkplaats ging ook naar beide zonen, maar met het vruchtgebruik voor vader. Door verbouwing rond 1952 bestond het pand nu uit twee woningen. Rond 1954 vond een voorlopige splitsing plaats.[9]

Het noordelijke gedeelte, dat Molenstraat 10 zou worden, werd volledig eigendom van Leo van de Mortel. Rond 1963 liet hij op dit perceel K 353 zijn deel van het oude pand uit circa 1863 met de vernieuwde voorgevel uit circa 1915 slopen en een nieuw pand bouwen. Door de verkoop van een stukje grond werd de kadastrale aanduiding K 535. Na zijn dood bleef het in handen van zijn weduwe. Tussen juni 2017 en juni 2018 werd ook het pand uit rond 1963 afgebroken om plaats te maken voor nieuwbouw.[10]

Het zuidelijke gedeelte, dat Molenstraat 12, zou worden, kwam in handen van broer Sjef van de Mortel. Hij deed het rond 1956 alweer van de hand.[11] Koper was Henk Eijsbouts, ambtenaar bij de gemeente Deurne. Na hermeting kreeg het pand de kadastrale aanduiding K 352, met het adres Molenstraat 12. Hij verkocht het huis rond 1958 [12] aan de weduwe van winkelier Nölleke Sep. Na de sloop van een gedeelte van het pand door buurman Van de Mortel was alleen het deel van de weduwe Manders nog van het oude pand uit circa 1863 over. Zij liet het pand rond 1973 veilen.[13] Koper was de stomerijbeheerder Johannes Franciscus Antonius Slegers (1927-1986), wiens boedel rond 1989 nog niet verdeeld was.[14] Vóór 2010 werd ook dit deel van het oude pand uit circa 1863 gesloopt en werd er een nieuw winkel-woonhuis gebouwd, waarin een ijssalon werd gevestigd.

Molenstraat 14

Koper van het pand was de Deurnese koopman Peter Johannes van Rixel (1880-1959), in de kadastrale administratie foutief Petrus van Rixtel genoemd. Hij verkocht het nog hetzelfde jaar, rond 1917.[15] Koper was de landbouwer Johannes van Deursen (1876-1960), die het perceel E 1861 met een deel van E 1862 verenigde tot E 1950 (huis en tuin, 285 m2). Rond 1932 werd het overgeschreven naar een ander kadastraal artikel, dat ook van Jan van Deursen was. In die tijd woonde een zekere P.H. Goossens in het huis, dat het huisnummer A.175 en later Molenstraat F.4 had. Hij moet het van Van Deursen gehuurd hebben. Rond 1940 verkocht Van Deursen het huisje.[16]

Koper was Adrianus Jonkers (1878-1950), schoenmaker en kastelein, die hier zijn schoenmakerij vestigde. Rond 1942 liet hij er een werkplaats bijbouwen, en rond 1950 schonk hij het pand aan zijn zoon Hubertus Petrus Lambertus Jonkers (1910-1981).[17] Die liet de zaak verbouwen, hermeten en vernieuwen, waardoor het de nieuwe aanduiding K 351 kreeg. Bij de vaststelling van de nieuwe huisnummering in 1951-1953 werd ook het adres Molenstraat 14 toegekend. Rond 1966 deed hij een stuk grond van de hand aan de gemeente, en rond 1975 verkocht hij het huis.[18]

Het pand werd door Jonkers verkocht aan Martinus Johannes Antonius Maria Verbaarschot (1949-1986), slager in Deurne. Het was toen bekend als K 609. Rond 1986 vond er een boedeldeling plaats.[19] Het huis ging daarop over naar zijn weduwe, die het nog hetzelfde jaar verkocht.[20] Het werd vervolgens gekocht door L.W.H. Verdonschot.[21]

Bronnen, noten en/of referenties
  1. Kadastrale leggers Deurne, reeks 1, artikel 1531, dienstjaar 1864
  2. Toen het rechter deel rond 1963 werd afgebroken, werd niet precies één woning gesloopt, maar iets minder. Daardoor bleven in het resterende deel de twee voordeuren bestaan, zie de onderste foto rechts.
  3. Kadastrale leggers Deurne, reeks 1 en 3, artikel 1905, dienstjaren 1865, 1880, 1892 en 1906
  4. Kadastrale leggers Deurne, reeks 3, artikel 4201, dienstjaren 1908, 1909 en 1916
  5. Kadastrale leggers Deurne, reeks 4, artikel 4990
  6. Kadastrale leggers Deurne, reeks 4, artikel 5180
  7. Kadastrale leggers Deurne, reeks 4, artikel 5055, dienstjaren 1933 en 1951
  8. Kadastrale leggers Deurne, reeks 5, artikel 7997
  9. Kadastrale leggers Deurne, reeks 5, artikel 7998, dienstjaren 1953 en 1955
  10. Kadastrale leggers Deurne, reeks 5, artikel 8531
  11. Kadastrale leggers Deurne, reeks 5, artikel 8532
  12. Kadastrale leggers Deurne, reeks 5, artikel 8883, dienstjaar 1959
  13. Kadastrale leggers Deurne, reeks 5, artikel 9266, dienstjaar 1974
  14. Kadastrale leggers Deurne, reeks 6, artikel 12672
  15. Kadastrale leggers Deurne, reeks 4, artikel 5177, dienstjaar 1918
  16. Kadastrale leggers Deurne, reeks 4, artikel 5177, dienstjaar 1933; idem, artikel 4069, dienstjaar 1941
  17. Kadastrale leggers Deurne, reeks 4, artikel 5383, dienstjaren 1943 en 1951
  18. Kadastrale leggers Deurne, reeks 5, artikel 8001, dienstjaren 1952, 1957, 1958, 1967 en 1976
  19. Kadastrale leggers Deurne, reeks 6, artikel 13229, dienstjaar 1987
  20. Kadastrale leggers Deurne, reeks 6, artikel 17558, dienstjaar 1987
  21. Kadastrale leggers Deurne, reeks 6, artikel 17569