U steunt de heemkundekring door lid of vriend te worden.
Iedere eerste maandag- en woensdagochtend van de maand van 10 tot 12 uur kunt u ons bezoeken in het heemhuis.

Bewerken van Windmolen van Vlierden

Naar navigatie springen Naar zoeken springen
Waarschuwing: U bent niet aangemeld. Uw IP-adres zal voor iedereen zichtbaar zijn als u wijzigingen op deze pagina maakt. Wanneer u zich aanmeldt of een account aanmaakt, dan worden uw bewerkingen aan uw gebruikersnaam toegeschreven. Daarnaast zijn er andere voordelen.

Deze bewerking kan ongedaan gemaakt worden. Hieronder staat de tekst waarin de wijziging ongedaan is gemaakt. Controleer voor het publiceren of het resultaat gewenst is.

Huidige versie Uw tekst
Regel 52: Regel 52:
In 1845 vroeg Van Hombergh toestemming om ook mout op de molen te mogen malen maar de Vlierdense gemeentebestuurders zagen de noodzaak daarvan niet in omdat er in Vlierden op dat moment geen [[bierbrouwerij]]en waren.
In 1845 vroeg Van Hombergh toestemming om ook mout op de molen te mogen malen maar de Vlierdense gemeentebestuurders zagen de noodzaak daarvan niet in omdat er in Vlierden op dat moment geen [[bierbrouwerij]]en waren.


In 1852 verkocht Van Hombergh de molen voor 5.000 gulden aan de weduwe [[Henrica van de Paar (1803-1859)|Hendrina Peeters-van de(r) Paar(en)]] uit Veldhoven. Tot 1854 was haar schoonzoon [[Johannes de Kinderen (1825-1876)|Jan de Kinderen]] hier molenaar, die werd opgevolgd door haar zoon [[Joannis Baptista Peeters (1827-1856)|Jan Baptist Peeters]].
In 1852 verkocht Van Hombergh de molen voor 5000 gulden aan de weduwe Hendrina Peeters-van der Paren uit Veldhoven.


In 1856 gaf de weduwe Peeters aan Van Hombergh opdracht om namens haar de Vlierdense windmolen publiek te koop aan te bieden. Er bleek onvoldoende geboden te worden voor de nieuwe molen en de goederen werden buiten koop gesteld.
In 1856 gaf de weduwe Henrica Peeters-van der Paren aan Van Hombergh opdracht om namens haar de Vlierdense windmolen in het publiek te koop aan te bieden. Er bleek onvoldoende geboden te worden voor de nieuwe molen en de goederen werden buiten koop gesteld.


Op 7 januari 1857 werd Van Hombergh, hij was inmiddels molenaar en olieslager in Liessel, opnieuw eigenaar van "zijn" molen voor een prijs van 3.000 gulden bij een onderhandse verkoop.
Op 7 januari 1857 werd Van Hombergh, hij was inmiddels molenaar en olieslager in Liessel, opnieuw eigenaar van "zijn" molen voor een prijs van 3000 gulden bij een onderhandse verkoop.


Op 1 april 1868 verkocht Van Hombergh de molen met het molenhuis aan de Meijelse landmeter [[Willem Janssen]] voor 3.400 gulden.
Op 1 april 1868 verkocht Van Hombergh de molen met het molenhuis aan de Meijelse landmeter [[Willem Janssen]] voor 3.400 gulden.
Regel 62: Regel 62:
Oorspronkelijk was de molen een grondzeiler. In 1890 werd de molen opgevijzeld, dat wil zeggen dat de romp ongeveer twee meter hoger werd opgemetseld. De molen werd hiermee een van de weinige flesvormige molens in Nederland. Het gaande werk van de graanmolen ging eveneens omhoog en onder de nieuw opgeworpen berg kwam ruimte voor een olieslagwerk dat werd ingebouwd. Dit slagwerk deed tot rond 1928 dienst en werd toen verwijderd.
Oorspronkelijk was de molen een grondzeiler. In 1890 werd de molen opgevijzeld, dat wil zeggen dat de romp ongeveer twee meter hoger werd opgemetseld. De molen werd hiermee een van de weinige flesvormige molens in Nederland. Het gaande werk van de graanmolen ging eveneens omhoog en onder de nieuw opgeworpen berg kwam ruimte voor een olieslagwerk dat werd ingebouwd. Dit slagwerk deed tot rond 1928 dienst en werd toen verwijderd.


In 1909 kocht de Astense timmermanszoon [[Johannes van Deursen (1870-1946)|Johannes (Jan) van Deursen]] de molen en ging hem zelf bemalen. Daarvoor had hij de standaardmolen op de Postelstraat in Someren bemalen en had hij als molenaarsleerling het vak geleerd in Heumen bij Nijmegen en in het Duitse Kleef. Voor het olieslaan kwam [[Antonius van Calis (1852-1929)|Toon van Calis]] op de molen werken. Na de [[Eerste Wereldoorlog]] vonden veel boeren het maalloon van de molenaar te hoog en gingen zij zelf hun granen malen.
In 1909 kocht de Astense timmermanszoon [[Johannes van Deursen (1870-1946)|Johannes (Jan) van Deursen (1870-1946)]] de molen en ging hem zelf bemalen. Daarvoor had hij de standaardmolen op de Postelstraat in Someren bemalen en had hij als molenaarsleerling het vak geleerd in Heumen bij Nijmegen en in het Duitse Kleef. Voor het olieslaan kwam [[Antonius van Calis (1852-1929)|Toon van Calis]] op de molen werken. Na de [[Eerste Wereldoorlog]] vonden veel boeren het maalloon van de molenaar te hoog en gingen zij zelf hun granen malen.


Rond 1928 werd de oliemolen uitgebroken en werd er een dieselmotor geïnstalleerd in een gebouwtje aan de zuidkant van de molenberg. Deze dieselmotor dreef een koppel kunststenen aan dat onder in de berg in een maalstoel lag.
Rond 1928 werd de oliemolen uitgebroken en werd er een dieselmotor geïnstalleerd in een gebouwtje aan de zuidkant van de molenberg. Deze dieselmotor dreef een koppel kunststenen aan dat onder in de berg in een maalstoel lag.
Al uw bijdragen aan DeurneWiki kunnen bewerkt, gewijzigd of verwijderd worden door andere gebruikers. Als u niet wilt dat uw teksten rigoureus aangepast worden door anderen, plaats ze hier dan niet.
U belooft ook dat u de oorspronkelijke auteur bent van dit materiaal of dat u het hebt gekopieerd uit een bron in het publieke domein of een soortgelijke vrije bron (zie DeurneWiki:Auteursrechten voor details). Gebruik geen materiaal dat beschermd wordt door auteursrecht, tenzij u daarvoor toestemming hebt!

Om de wiki te beschermen tegen geautomatiseerde bewerkingsspam vragen wij u vriendelijk de volgende CAPTCHA op te lossen:

Annuleren Hulp bij bewerken (opent in een nieuw venster)