Bewerken van Molenstraat 2
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
Deze bewerking kan ongedaan gemaakt worden. Hieronder staat de tekst waarin de wijziging ongedaan is gemaakt. Controleer voor het publiceren of het resultaat gewenst is.
| Huidige versie | Uw tekst | ||
| Regel 11: | Regel 11: | ||
Op 19 december 1852 maakte Jozef Beekers zijn testament en bepaalde daarin dat zijn enige en algehele erfgenamen zijn twee kleinkinderen [[Johannis Josephus Beekers (1827-1909)|Johannes]] en [[Wouter van Deventer (1818-na 1872)|Cornelia Beekers]] waren. | Op 19 december 1852 maakte Jozef Beekers zijn testament en bepaalde daarin dat zijn enige en algehele erfgenamen zijn twee kleinkinderen [[Johannis Josephus Beekers (1827-1909)|Johannes]] en [[Wouter van Deventer (1818-na 1872)|Cornelia Beekers]] waren. | ||
Klaarblijkelijk werd Wilhelma Goossens-Beekers, de dochter van Jozef Beekers, eigenares van erfdeel van moederszijde. Bij een publieke veiling door haar, samen met haar neef en nicht, op 11 september 1854 provisioneel in de herberg van [[Antonius Wilhelmus Truijen (1826-1857)|Antony Truijen]] en op 25 september 1854 definitief in de herberg van de [[Walterus Antonius Janssens (1796-1838)|weduwe Janssens-Goossens]], werden de goederen te koop aangeboden. [[Henricus Goossens (1792-1856)|Hendrik Goossens]] uit [[Vlierden]] kocht daarbij voor 312 gulden het gedeelte van de tuin ter grootte van 1.200 m², dat later | Klaarblijkelijk werd Wilhelma Goossens-Beekers, de dochter van Jozef Beekers, eigenares van erfdeel van moederszijde. Bij een publieke veiling door haar, samen met haar neef en nicht, op 11 september 1854 provisioneel in de herberg van [[Antonius Wilhelmus Truijen (1826-1857)|Antony Truijen]] en op 25 september 1854 definitief in de herberg van de [[Walterus Antonius Janssens (1796-1838)|weduwe Janssens-Goossens]], werden de goederen te koop aangeboden. [[Henricus Goossens (1792-1856)|Hendrik Goossens]] uit [[Vlierden]] kocht daarbij voor 312 gulden het gedeelte van de tuin ter grootte van 1.200 m², dat later sectienummer E 1146 kreeg. Hij deed deze aankoop namens zijn vrouw, de mede-verkoopster. | ||
De huizen op de percelen E 44, E 45, E 46 en het daaraan grenzende gedeelte van de moestuin E 47 (later perceel E 1145) werden voor 1023 gulden aangekocht door brouwer [[Gerardus van Hombergh (1818-1862)|Gerard van Hombergh]], maar hij verklaarde deze koop gedaan te hebben namens de twee verkopende kleinkinderen Beekers. | De huizen op de percelen E 44, E 45, E 46 en het daaraan grenzende gedeelte van de moestuin E 47 (later perceel E 1145) werden voor 1023 gulden aangekocht door brouwer [[Gerardus van Hombergh (1818-1862)|Gerard van Hombergh]], maar hij verklaarde deze koop gedaan te hebben namens de twee verkopende kleinkinderen Beekers. | ||