Bewerken van Johannes Goossens (1876-1951)
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
Deze bewerking kan ongedaan gemaakt worden. Hieronder staat de tekst waarin de wijziging ongedaan is gemaakt. Controleer voor het publiceren of het resultaat gewenst is.
Huidige versie | Uw tekst | ||
Regel 12: | Regel 12: | ||
| beroep(en) = geestelijke | | beroep(en) = geestelijke | ||
}} | }} | ||
'''Johannes | '''Johannes Goossens (1876-1951)''' was missionaris te Borneo. Hij was een van de vele [[Priesters uit Deurne|priesters, afkomstig uit Deurne]]. | ||
Johannes<ref>Op zijn gedachtenisprentje wordt hij ''Joannes'' genoemd.</ref> was een zoon van de landbouwer [[Martinus Goossens (1836-1911)|Martinus Goossens]] en Marianna van Bommel (1838-1914) en een broer van kerkmeester [[Gerardus Goossens (1873-1958)|Gerardus (Geert) Goossens]]. Het gezin woonde aan het [[Haageind 17]]. | Johannes<ref>Op zijn gedachtenisprentje wordt hij ''Joannes'' genoemd.</ref> was een zoon van de landbouwer [[Martinus Goossens (1836-1911)|Martinus Goossens]] en Marianna van Bommel (1838-1914) en een broer van kerkmeester [[Gerardus Goossens (1873-1958)|Gerardus (Geert) Goossens]]. Het gezin woonde aan het [[Haageind 17]]. | ||
Na de lagere school vertrok Johannes op 23 september 1890 naar Sint-Michielsgestel voor een priesteropleiding. Vier jaar later, op 18 september 1894, deed hij zijn intrede bij de orde der | Na de lagere school vertrok Johannes op 23 september 1890 naar Sint-Michielsgestel voor een priesteropleiding. Vier jaar later, op 18 september 1894, deed hij zijn intrede bij de orde der Capucijnen en weer een jaar later werd hij op 19 september 1895 geprofest. | ||
Op 21 december 1901 werd hij priester gewijd en ontving hij de kloosternaam pater Justinianus. | Op 21 december 1901 werd hij priester gewijd en ontving hij de kloosternaam pater Justinianus. | ||
Zeven jaar later, in 1908, vertrok pater Justinianus naar de missie van Borneo en was bijna onafgebroken drieënveertig jaar lang in hetzelfde missiegebied, onder andere in Singkawang, werkzaam. Hij was pastoor te Naugasedjiram op Borneo. Slechts eenmaal, in 1925, bracht hij een vakantie van ongeveer een jaar door bij zijn naaste familie in Deurne. | |||
Gedurende die lange reeks van jaren had hij niet alleen de zorg over het zielenheil van zijn parochianen maar maakte hij zich ook op wetenschappelijk gebied verdienstelijk. Op grond van deze verdiensten ontving hij op 31 augustus 1929 de onderscheiding als [[officier in de Orde van Oranje-Nassau]].<ref>[http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMRHCE01:000043177:mpeg21:p002 De Zuid-Willemsvaart 31 augustus 1929]</ref> | Gedurende die lange reeks van jaren had hij niet alleen de zorg over het zielenheil van zijn parochianen maar maakte hij zich ook op wetenschappelijk gebied verdienstelijk. Op grond van deze verdiensten ontving hij op 31 augustus 1929 de onderscheiding als [[officier in de Orde van Oranje-Nassau]].<ref>[http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMRHCE01:000043177:mpeg21:p002 De Zuid-Willemsvaart 31 augustus 1929]</ref> |